Peeters liegt land voor. Publieke opinie kent verschil niet tussen woestijnzand en veel gevaarlijker PM25 dat maar op acht (!) plaatsen gemeten wordt. Logistiek creëert géén jobs, alleen zieken en doden
Mail di 5.6.07
Logistieke Waanzin van Vlaanderen
Geert Noels maakt in het laatste nummer van Trends een boeiende analyse van de ‘Eco-logistieke logica’. De keuze van de overheid voor de logistieke sector is inderdaad totaal onbegrijpelijk en ronduit onverantwoordelijk en dit niet alleen vanuit economisch en ruimtelijk oogpunt.
De sterke stijging van de goederentrafiek in de haven van Antwerpen had nauwelijks impact op tewerkstelling maar de aangevoerde goederen moeten hoe dan ook via de weg, het spoor of het water getransporteerd worden en dit dwars doorheen de dichtst bevolkte regio van West Europa waarvan de bevolking ook zonder deze megalomane infrastructuur door zijn centrale ligging en de alomtegenwoordige lint bebouwing al onaanvaardbaar wordt blootgesteld aan lawaai- en luchtpollutie als gevolg van het transit verkeer. Wanneer in Antwerpen op één dag maar liefst 195 000 vrachtwagen bewegingen worden gespot, waarvan ‘slechts’ 25% ivm staan met de haven en 75% van het transitverkeer afkomstig zijn, dan vindt de havenschepen dit geruststellend en wordt dit gezien als een vrijgeleide om de haventrafiek nog verder te doen groeien, terwijl de enige conclusie mag zijn dat het transit verkeer al dermate milieubelastend is dat er geen ruimte meer is voor verdere expansie van de zeehaven indien het transitverkeer niet wordt teruggedrongen.
Het is de verantwoordelijkheid van de overheid om – zeker in een tijd van quasi volledige tewerkstelling – te kiezen voor economische sectoren die de druk op het leefmilieu verlichten ipv die verder te doen toenemen. Logistieke spelers vinden die Vlaanderen zo snel mogelijk willen transformeren in één groot logistiek platform is niet moeilijk. Het hallucinante ‘Flanders Port Area’ van Kris Peeters en het START programma van de Vlaamse Regering voor de luchthavenregio zijn daar directe uitlopers van. De ecologische en de gezondheidseconomische kost worden resoluut onder de mat geveegd. Meer nog, men doet doelbewust aan 'window dressing' door in tijden van verkiezing uit te pakken met proefprojecten in vijf testzones om de ‘fijn stof’ pollutie terug te dringen.
De publieke opinie kan immers het onderscheid niet maken tussen de PM10 waarover Kris Peeters het heeft en die relatief onschuldig is, grensoverschrijdend en in belangrijke mate van natuurlijke oorsprong (landbouw, woestijnzand, etc) en de PM2.5, het veel fijnere en veel schadelijkere stof dat vrijwel integraal het gevolg is van menselijke verbranding maar dat in Vlaanderen nauwelijks wordt gemeten (er zijn slechts 8 meetpunten in heel Vlaanderen). Nochtans is juist de PM2.5 verontreiniging die in belangrijke mate gekoppeld is aan de roetuitstoot van het wegverkeer, de grote dreiging voor de volksgezondheid en volgens de ramingen van de EU nu al verantwoordelijk voor 13 000 premature overlijdens per jaar!
De waarheid is dat de Vlaamse overheid, alvorens verstrekkende initiatieven te nemen in de logistieke sector, dringend de reeds aanwezige druk op het leefmilieu moet in kaart brengen door het uitbouwen van een volwaardig PM2.5 netwerk en aldus metingen te doen van PM2.5, waar de vervuiling het grootst is, nl in de woonkernen in de onmiddellijke nabijheid van de grote verkeersassen. Nu worden enkel metingen gedaan op plaatsen waar de vervuiling al bij al beperkt blijft. Mensen worden niet ziek van gemiddelde waarden maar van PM2.5 vervuiling en luchtverontreiniging in hun onmiddellijke leefomgeving. De biologische voetafdruk van een snelweg is minstens 3 kilometer breed. Hoeveel Vlamingen leven niet binnen een afstand van anderhalve kilometer van een snelweg en worden dag en nacht blootgesteld aan het lawaai en de luchtverontreiniging van het wegtransport? U legt bovendien de vinger op de wonde voor het transport over water: door het gebruik van ruwe stookolie is ook daar het impact op CO2 productie maar ook op fijn stof en zwavel uitstoot niet te onderschatten.
Dr Marc Goethals
Meise 1860