INFOFLASH 21 december 2008
Het is van januari geleden dat u nog een Infoflash kreeg. Omdat we u graag de volledige tekst van het persbericht willen voorleggen en niet de onvermijdelijk ingekorte versie in de media. Het is geen aangenaam bericht voor de Noordrand, zo vlak voor de feestdagen die we u toch vredig en rustig toewensen. Het schrijnend gebrek aan politieke steun voor uw gewettigde en door de RVS bevestigde belangen als Belgisch burger worden grover dan ooit met de voeten getreden. Daarom:
Een ongemakkelijk persbericht van Daedalus, juridische werkgroep van
Actie Noordrand, dd. 20.12.2008.
Federale regering, negeert - onder druk van Franstalige partijen - de rechtspraak van de Verenigde Kamers van de Raad van State en concentreert net voor ze valt schaamteloos bijna alle geluidshinder boven Vlaanderen.
Vlaamse partijen nemen Zwarte Piet i.v.m. beïnvloeding van de rechtspraak (het Hof van Beroep onder voorzitterschap van rechter Blondeel, en het Hof van Cassatie). Franstalige partijen negeren de rechtspraak van onpartijdige rechters (Spreidingsarrest, Hof Van Beroep onder voorzitterschap van rechter Blondeel en de Verenigde Kamers van de Raad van State). Beslissingen van de federale regering onder druk van de Franstalige partijen.
Het spreidingsplan wordt afgevoerd. Hoewel de Verenigde Kamers van de Raad van State - dus door beide taalgemeenschappen vertegenwoordigd en in tweetalige uitspraak - uitdrukkelijk stelt dat spreiding, zoals ingevoerd door voormalig minister van mobiliteit Anciaux, de juridische lakmoesproef heeft doorstaan en verder uitgevoerd moet worden, gaan Vlaamse politici mee in wat NIMBY discriminatie is en blijft.
De beslissingen en hun gevolgen
Hoe komt het dat een Vlaamse beslissing tot de vermindering van nachtelijke overlast resulteert in een wijziging van de verdeling van de dagvluchten die op haar beurt vertaald wordt naar een nog verdere concentratie boven de Vlaamse Noordrand. Waarover gaat het, welke beslissing nam het kernkabinet op haar laatste dag?
* Bevestiging van een beslissing van het provinciebestuur van Vlaams Brabant van september jongstleden m.b.t. het plafond van maximaal 16000 nachtvluchten. Dit is een (overbodige) federale bevestiging van een Vlaamse beslissing.
* Tijdens het weekend, geen opstijgende nachtvluchten tussen 00u00 of 01u00 en 06u00’s ochtends. Omdat de nachtvluchten van DHL geconcentreerd zijn tijdens de week slaat deze regeling op +/- 3 vluchten per nacht. Het vertrek van de geplande vluchten wordt verschoven naar de late avond of vroege ochtend.
* Afschaffing van de nachtelijke spreiding over verschillende banen en concentratie van de vertrekken op 1 baanconfiguratie 25R en 20 voor 95% van de tijd waar voorheen 5 configuraties golden: dit laatste zijnde een normale toestand zoals op alle luchthavens gebruikelijjk. Door het hanteren van verschillende windnormen op de twee banen (0 knopen rugwind op de 20 en 7 knopen op de 25R) die betrokken zijn bij dezelfde baanconfiguratie zal dit resulteren in nog meer concentratie op baan 25R (Diegem en de Noordrand). Precies zoals Durant in 2002 reeds wenste.
* De door ICAO aanbevolen en vereiste veilige internationale windnormen (maximaal 5 knopen rugwind-windstoten inbegrepen) worden naar de Griekse kalender of erger nog verwezen.Geen wijziging van de huidige - evident onveilige - windnormen.
* Afschaffing van de weekendregeling waarbij Diegem en de Noordrand de helft van de zaterdag en de helft van de zondag als enige momenten ontlast werden. Deze vluchten stegen boven de verenigde NIMBY-faciliteiten- en andere gemeenten in de Oostrand onder en in het verlengde van baan 20. Ontlasting van de overwegend Franstalige inwoners, nieuwe bijkomende hinder ten laste van wat nu al de meest belaste zone is in Vlaanderen.
* Afschaffing van de enige nog min of meer stille periode voor zone 1 (de Noordrand) tussen 06u00 en 17u00 zondag.
De politiek op z’n smalst.
Het kernkabinet lapt de
aanbevelingen van de Raad van State aan haar laars:
a) als deze stelt dat het spreidingsprincipe niet alleen niet onredelijk is maar
het bovendien een "...niet te bekritiseren beleidskeuze noemt" die de principes
van de gelijkheid en non discriminatie van een rechtsstaat respecteert
b) als deze stelt dat verdere spreiding eenvoudig realiseerbaar is
c) als deze uitnodigt tot het veralgemenen van veilige windnormen tot 5
knopen rugwind en 15 zijwind op alle banen
d) als deze onomwonden stelt dat de faciliteiten- en andere NIMBY-gemeenten
reeds onderbelast zijn.
Wat doet het kernkabinet op de laatste dag van haar regeerperiode: zij buigt
gauw nog even onder de Franstalige druk (in ruil voor wat?) en concentreert
opnieuw alle lasten in Vlaanderen. Zij doet dat door de faciliteiten- en andere
NIMBY-gemeenten in de Oostrand verder te ontlasten hoewel die al aanzienlijk
minder worden overvlogen dan zone 1 (Diegem en de Noordrand) en zone 4 (Kortenberg)
Alhoewel er 6 volwaardige (hoewel nog niet gelijk qua uitrusting) start- en
landingsbanen zijn op Brussels Airport wordt vanaf
volgend voorjaar permanent gebruik gemaakt van baan 25R als enige
preferentiële baan: dag in nacht uit: nu ook elke nacht dat er de gehele
nacht gevlogen wordt, door de week en in het weekeinde: nu ook zaterdag en
zondag (zie boven).
Het zal nog erger worden. Voor Franstalig België is 95% van de lasten naar Vlaanderen nog niet genoeg. Met de woorden van de heer minister van het CDH van de Brusselse gewestregering Benoît Cerexhe: “...la problématique des normes de vent et celle des routes dont certaines posent de gros problèmes à Bruxelles – entre autres les routes « Chabert » (centre), « Onkelinx » (canal), et celle qui engendre un virage à gauche après le décollage au-dessus de l’est de Bruxelles – devront avoir été solutionnées avant le vote d’une loi."(De "Franstalige ombudsman met onbetaald verlof" Philppe Touwaide is kabinetsmedewerker geworden van Joëlle Milquet, CDH.)
Voor werkgroep Daedalus en de actievoerders uit de Noordrand is de maat vol. Wanneer 22 rechtszaken noodgedwongen gevoerd werden om een democratisch principe te laten respecteren... Wanneer alle rechterlijke uitspraken in Franstalige, Nederlandstalige en tweetalige zittingen de juistheid van het spreidingsbeginsel onderschrijven, zoals gevonnist door het Hof van Beroep door rechter Blondeel, tot twee maal gecasseerd op grond van het beginsel van de scheiding der machten (!) maar uiteindelijk onderschreven door Vlamingen en Franstaligen samen in de Verenigde Kamers van de Raad van State (de hoogste Belgische administratieve rechtsinstantie)... dan is dat allemaal slechts een vodje papier voor de Franstalige NIMBY meerderheidspartijen?
Wij, Actie Noordrand en haar werkgroep Daedalus, eisen dan ook niets meer omdat ons geen enkel politiek draagvlak is gelaten. Wij vragen niets meer, wij kunnen nog slechts ondergaan en kijken naar wat de politiek zich straffeloos denkt te kunnen veroorloven. Wij kijken nog wel wat de lokale politici (de burgemeesters), de provinciale beleidvoerders van Vlaams Brabant en vooral de Vlaamse regering niet zeggen maar doen. Starten zij zelf een juridische actie bij de RVS hopend dat die zijn wettelijke onafhankelijkheid ook gaat kunnen uitoefenen: "Si on me laisse faire" indachtig? Bundelen ze eindelijk hun politieke krachten en realiseren ze zo een politieke oplossing of beter nog, gaan ze zelf naar de RVS en gaan ze politiek ageren over de partijgrenzen heen om voelbaar, hoorbaar en zichtbaar resultaat te boeken? Zelfs in tijden van crisis kan een België waarin alle lasten voor Vlaanderen zijn en alle baten voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de faciliteiten- en andere NIMBYgemeenten of Wallonië niet aanvaardbaar gemaakt worden, hoeveel zand men de bevolking ook in de ogen strooit.
Nu casseert de politiek de rechter (Blondeel) van het Hof van Beroep twee maal en als de VK van de RVS met een uitspraak komt die niet gecasseerd kàn worden, veegt ze deze gewoon van tafel. Wat er ook gebeurt: er moet en zal boven de Noordrand geconcentreerd worden, tot elke prijs, zelfs die van de onafhankelijkheid van de rechtspraak?
Tekstuittreksels uit het
arrest van de RVS Verenigde Kamers (Franstalige en Nederlandstalige samen)
afdeling bestuursrechtspraak
van 17 november 2008, nummer 187.998.
Wij lezen dat:
i. de RVS bij een nieuw luchtvaartbeleid nog steeds moet evalueren of de beleidskeuze die de overheid maakt a) niet kennelijk onredelijk is, b) een billijk evenwicht tussen de betrokken belangen bewaart c) de grondwettelijke beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie respecteert. De RVS in VK heeft het “spreidingsmodel” in het algemeen en het spreidingsmodel A34 (met inbegrip van preferentiële landingen op baan 02 én preferentiële opstijgingen op baan 20 én omkeringsprincipe én windcriteria 5 knopen rugwind en 15 knopen zijwind op alle banen) wel aan deze 3-voudige evaluatie onderworpen én goed bevonden:
ii. 18.3 en 18.4: de RVS in VK heeft alleen maar lof over de beleidskeuze van de overheid voor het “spreidingsmodel” en stelt uitdrukkelijk dat beslissingen van de overheid die “beogen dat niemand meer geluidshinder ondervindt dan hetgeen gemiddeld kan worden bereikt wanneer alle beschikbare banen relatief gebruikt worden en alle mogelijke vluchtroutes met gespreide uitwaaieringstracés worden benut.” ... “niet kennelijk onredelijk is. Het nastreven van een billijke spreiding, conform het beginsel van de gelijkheid van eenieder voor de openbare lasten, is bovendien een oogmerk van algemeen belang.” …” … de op zich niet te bekritiseren beleidskeuze om een billijke spreiding van de geluidshinder na te streven … “
iii. 12.2: “...dat de inwoners van zone 3 het aantal overvliegende vliegtuigen zien toenemen van 4% voor 22 juli 2003” (= tijdens de Durant-concentratie) “tot 14% na de implementatie van de eerste bestreden beslissing “ ( = spreidingsscenario A34 )" doet op zich geen vragen rijzen vanuit het oogpunt van het evenredigheidsbeginsel.” “Een en ander leidt er toe dat zone 3 inderdaad meer dagvluchten in het weekend ontvangt ter compensatie van een vermindering van het aantal nachtvluchten. Mede bekeken in het licht van het globale oogmerk van de bestreden instructies, met name een zo billijk mogelijke spreiding van de geluidshinder over alle inwoners in de omgeving van de luchthaven, maken de verzoekers (= inwoners van de Oostrand) niet aannemelijk dat de hinder die zij te dragen hebben een buitensporig karakter heeft.”
iv. de RVS bij een nieuw luchtvaartbeleid nog steeds moet evalueren of de beleidskeuze die de overheid maakt a) niet kennelijk onredelijk is, b) een billijk evenwicht tussen de betrokken belangen bewaart c) de grondwettelijke beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie respecteert. De RVS in VK heeft het “spreidingsmodel” in het algemeen en het spreidingsmodel A34 (met inbegrip van preferentiële landingen op baan 02 én preferentiële opstijgingen op baan 20 én omkeringsprincipe én windcriteria 5/15 op alle banen) wel aan deze 3-voudige evaluatie onderworpen én goed bevonden:
v. 21.4.2.2. “De Raad van State stelt vast dat met deze uurregeling de inwoners van zone 3 helemaal niet de enigen zijn die ’s nachts en tijdens het weekend overvlogen worden door vliegtuigen.”… “Uit de tabel blijkt dat zone 3 over de hele week, rekening houdend meet een bijzondere weging voor de vluchten ’s nachts en tijdens het weekend, nog altijd aanzienlijk minder overvlogen wordt dan zones 1 en 4, 14% voor zone 3, 29% voor zone 1, en eveneens 29% voor zone 4.”…”…niet aannemelijk dat de hinder die zij te dragen hebben, in vergelijking met andere omwonenden een buitensporig karakter heeft.”
vi. 21.4.1. De RVS heeft de plicht om te onderzoeken of de overheid “...maatregelen heeft genomen die, specifiek vanuit het oogpunt van de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie, redelijkerwijze verantwoord zijn ten aanzien van de door haar nagestreefde doelstellingen. Bij dat onderzoek dient voorts rekening te worden gehouden met het feit dat het ten deze gaat om een bijzonder complexe aangelegenheid waarbij de onderscheiden aspecten van de regeling, die elk door bepaalde categorieën van omwonenden als discriminerend kunnen worden ervaren, deel uitmaken van een algehele regeling die tot doel heeft de geluidshinder over de hele omgeving te spreiden. Hoewel sommige onderdelen van zulk een regeling, afzonderlijk beschouwd, relatief minder gunstig kunnen zijn voor bepaalde categorieën van omwonenden, zijn zij daarom nog niet zonder redelijke verantwoording indien die regeling in haar geheel wordt onderzocht. Het is des te meer noodzakelijk om een regeling in verband met de spreiding van een geografisch lokaliseerbare hinder in haar geheel te onderzoeken, nu het kenmerkende van een dergelijke regeling er precies in bestaat dat een aspect dat gunstig uitvalt voor een bepaalde groep betrokkenen automatisch een ongunstig effect heeft op een andere groep betrokkenen.” Verder bevestigt de RVS in VK dat “...in zoverre de” beslissingen van de overheid “...tot gevolg hebben dat de” inwoners van de Oostrand “meer dan voorheen overvlogen zullen worden, bestaat het doel erin, zoals al meermaals is aangehaald, om de hinder op een zo billijk mogelijke manier te spreiden over alle bewoners in de omgeving van de luchthaven. Dit is, zo als reeds opgemerkt, een oogmerk van algemeen belang (overweging 18.3) en dus een wettig doel.”