Landuyt doet geen enkele moeite interesse in Zaventemdebat
te verbergen draait deskundig rond de pot, hoewel hij zegt dat men nog altijd
rond spreiding discussieert. VanBiesen (VLD Kraainem!) valt spreiding
(onderdeel regeerakkoord) openlijk af en wil terug naar voor 1999
Verslag Kamercommissie infrastructuur blokkering spreidingsoverleg.
12.12.2005
10 Samengevoegde vragen van
- de heer Luk Van Biesen aan de minister van Mobiliteit over "het historisch
baangebruik op de luchthaven van Zaventem" (nr. 9303)
- de heer Bart Laeremans aan de minister van Mobiliteit over "de
onderhandelingen met de gewesten over de spreiding van de geluidshinder rond de
luchthaven van
Zaventem" (nr. 9397)
10.01 Luk Van Biesen (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik
wens opnieuw een vraag te stellen over de problematiek van de terugkeer naar het
historisch baangebruik van 1999.
De voorbije weken hebt u herhaaldelijk in de pers verklaard dat een terugkeer
naar het baangebruik van 1999 of een terugkeer naar het historisch baangebruik
juridisch niet mogelijk is. U spreekt terecht over "baangebruik" en niet over
vliegroutes, omdat het inderdaad twee verschillende zaken zijn.
Mijnheer de minister, ik begrijp absoluut niet met welke juridische argumenten u
uw uitspraken staaft. Het historisch baangebruik is nooit voor een rechtbank
aangeklaagd. Bijgevolg is er nooit enige gerechtelijke uitspraak geweest die het
historisch baangebruik verbiedt, noch op weekdagen, noch in de weekends, anders
gezegd noch tijdens de piekuren en noch tijdens de daluren. Bovendien lijkt het
juridisch zo goed als onmogelijk om het historisch baangebruik thans nog aan te
klagen. Er is geen enkele rechter die een situatie die 40 jaar lang heeft
bestaan en nooit het voorwerp is geweest van een rechtszaak, plots gaat
verbieden.
Niet alleen is een terugkeer naar het historisch baangebruik de enige oplossing
die door de meerderheid van de bevolking wordt aanvaard, maar ook de enige die
de juridische zekerheid geeft waar we reeds twee jaar naar op zoek zijn.
Mijnheer de minister, graag verneem ik de juridische argumenten waarop u zich
baseert om te beweren dat een terugkeer naar het historisch baangebruik
onmogelijk is.
10.02 Bart Laeremans (Vlaams Belang):
Mijnheer de minister, recent hebt u verklaard dat er wellicht helemaal geen
oplossing meer komt voor het probleem van de spreiding van de hinder tot 2008.
Het is echt onbegrijpelijk dat het tot dan moet worden uitgesteld. Dat wil
zeggen dat we tot 2008 wellicht geconfronteerd zullen zijn met processen,
moeilijkheden en onzekerheden allerhande. Dat is een immense verspilling aan
energie en middelen, terwijl een redelijke oplossing die gebaseerd is op een
billijke spreiding van de lasten, toch mogelijk moet zijn.
Ik wil hieraan nog de volgende bedenkingen toevoegen. We hebben de indruk dat u
in heel het dossier op een ongelooflijke manier aan het aanmodderen bent. U
schuift uw verantwoordelijkheid volledig af op de Gewesten.
Lange tijd hebt u geprobeerd een oplossing te zoeken. Thans vindt u dat de
Gewesten er zelf maar moeten uitgeraken; desnoods in 2008. U lijkt niet meer van
plan nog een regeling te vinden. U hebt er het bijltje bij neergelegd. Zo komt
de zaak althans bij ons en bij steeds meer mensen over.
Ten tweede, ben ik verwonderd over hetgeen zonet is gezegd. We stellen vast dat
de spreiding in het regeerakkoord is ingeschreven. Het regeerakkoord werd
gedragen door de partijen die hier aanwezig zijn, de sp.a en de partij van de
heer Van Biesen, de VLD.
Thans blijkt dat een vertegenwoordiger van een meerderheidspartij het akkoord en
het principe van de spreiding op de helling zet.
Ik had graag geweten of die sprak namens zijn hele partij, dan wel namens de
streek of louter namens zichzelf.
Ook dat brengt ons echter geen stap dichterbij.
Wanneer we het voorgestelde baangebruik - dus alles terug zoals voor 1999 -
combineren met de Brusselse geluidsnormen, die in 1999 werden ingevoerd ik zie
u lachen, mijnheer Van Biesen , dan komen we tot een totale concentratie van
alle vluchten niet boven Brussel, maar boven de Noordrand. Sinds 1999 zijn die
fameuze normen ingevoerd, waardoor alles geleidelijk door mevrouw Durant
richting Noordrand werd afgewimpeld en afgevoerd. Dergelijk concentratiebeleid
zit er dus aan te komen, zowel overdag als 's nachts, als men daarnaar terug zou
keren.
Het is bovendien volkomen verkeerd om het oude baangebruik voor te stellen als
legitiem, want dat zou betekenen dat de ene groep die in het verlengde van een
van de startbanen is gaan wonen, helemaal gevrijwaard zou worden, en de andere
helemaal niet. Ook inzake het gebruik van startbanen en niet enkel de
vluchtroutes, is de billijke spreiding noodzakelijk en elementair.
Daarnaast kan de situatie van vandaag onmogelijk met toen vergeleken worden,
want mevrouw Durant heeft de doos van Pandora geopend en de gevoeligheden zijn
nu aan alle zijden totaal. Terwijl er vroeger een grote onverschilligheid leefde
bij veel inwoners, is er nu een zeer groot engagement, zodat men niet tot die
situatie terug kan keren. Ik kom bij mijn vragen.
Ten eerste, waarop baseert de minister zich om te stellen dat een oplossing
uitblijft tot 2008? Wie blokkeert momenteel de totstandkoming van een akkoord en
waarom?
Ten tweede, welke diensten onderhandelen er momenteel? Waarop slaan de
onderhandelingen en wat zijn de vorderingen? Op een vraag van collega Van
Hauthem in de Senaat heeft u geantwoord dat er momenteel nog altijd bepaalde
onderhandelingen lopen. Daarover kreeg ik graag wat meer uitleg.
Ten derde, hoever staat het met de onderzoeken naar het gebruik van baan 25L?
Ook dat was bezig, had u gesignaleerd. Impliceert een regelmatig gebruik
noodzakelijk een verlenging of niet? Waar staat het met het onderzoek terzake?
Ten vierde, heeft Brussel de dreiging met het gebruik van dwangsommen intussen
laten vallen of niet? Hoe zit het daarmee?
Ten vijfde, waarop is het cijfer van 18.000 nachtvluchten of een vermindering
van 25.000 naar 18.000 gebaseerd? Hoeveel vluchten wil DHL jaarlijks overhouden
na 2008? Komen er maatschappijen in de plaats? Zijn er mogelijkheden om een
aantal lijnvluchten en charters te verschuiven naar de daguren? Werd dat
onderzocht? Tegen wanneer is dat mogelijk?
Tegen wanneer kunnen die verschuivingen plaatsvinden? Is het cijfer 18.000
absoluut of kan men nog lager gaan? Waarom juist 18.000?
Waarop is dat gebaseerd?
10.03 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, ik zal proberen globaal
en des te duidelijker te antwoorden.
Ten eerste, wat mij betreft: hoe vlugger een akkoord kan worden bereikt, hoe
liever. Echter, naar mijn inschatting aangezien ik al een eind met het dossier
bezig ben, kan ik een inschatting maken zal een en ander automatisch
makkelijker worden in 2008. Op dat moment zal er immers automatisch sprake zijn
van een
capaciteitsbeperking of, in ieder geval, van een beperking van de nachtvluchten
en het nachtlawaai, met name de zogezegde 18.000 vluchten per jaar.
Waarop is dat getal van 18.000 vluchten gebaseerd? Dat getal is gebaseerd op een
hele dikke studie van de luchthavenuitbater, in samenspraak en in discussie met
de Gewesten.
Uit de studie ontstond het aanvoelen en de overtuiging dat een hoeveelheid van
18.000 nachtvluchten een realistische en heel nuttige beperking is van het
aantal nachtvluchten.
Over het akkoord heb ik gezegd: wat mij betreft, hoe vlugger, hoe liever. Laat
daarover in ieder geval geen misverstand bestaan: het akkoord is noodzakelijk,
niet alleen uit federale overtuiging, maar ook omdat hier effectief ieders
bevoegdheden moeten samenspelen. Het gaat met name om de bevoegdheid rond de
exploitatie
van de luchthaven, die een Vlaamse bevoegdheid is, en om de bevoegdheid inzake
ruimtelijke ordening, die een gewestelijke bevoegdheid is en in haar specifieke
vorm niet alleen Vlaanderen maar ook Brussel aanbelangt, eenmaal er ook
geluidsnormen zullen zijn die overeenstemmen met een akkoord. Het gaat om
geluidsnormen die, in tegenstelling tot vandaag, toelaten dat er wordt gevlogen
zoals dient te worden gevlogen.
Iedereen kan elk op zijn terrein dus stoer doen, maar uiteindelijk moet toch
overeenstemming worden gevonden om de situatie volledig te doen functioneren.
Mijn inschatting blijft echter dat in 2008 een en ander veel gemakkelijker zal
zijn. De situatie zal immers minder moeilijk zijn dan vandaag. We doen niettemin
ons best.
Ten tweede, waar durf ik de stelling te halen dat niet meer kan worden
teruggekeerd naar de toestand vóór 1999? Dat heeft niet eens te maken met
procedures of banen. De jurisprudentie in de materie is echter al sterk
ontwikkeld. De jurisprudentie in de materie steunt op artikel 23 van de
Grondwet, dat vertrekt van het recht van het individu op een gezonde
leefomgeving. Dat recht werd in de problematiek niet voort uitgevoerd op het
vlak van wetgeving. Daarom hebben wij wetgevende initiatieven genomen. Zij
werden echter op vandaag niet voort uitgevoerd.
Bij de initiatieven zijn bepaalde, ook inhoudelijke, jurisprudentiële regels
mogelijk.
Als men de Grondwet toepast, is een van de evidente regels de stand still, in
combinatie met de verworven rechten. Welnu, sedert 1999, al meerdere jaren dus,
hebben er mensen het verworven recht van stiltemomenten, dat zij vóór 1999 niet
hadden.
Teruggaan naar de periode vóór 1999 is volgens de jurisprudentie even onmogelijk
als iedere andere wijziging. Een wijziging is mogelijk als men zich richt naar
de voorwaarden van de jurisprudentie en als men op een degelijke manier zijn
beslissing opbouwt. Ook beslissen om zomaar terug te keren naar de periode vóór
1999 kan niet meer, omdat men niet meer voldoet aan de jurisprudentiële regels.
Dat is de juridisch correcte stelling.
Wat de politieke situatie betreft stelt niemand, zelfs niet de rechtbanken, het
principe van de spreiding in vraag. Dat is vandaag de realiteit.
Iedereen redeneert vandaag in termen van spreiding. Ook in de discussie was dit
nooit het probleem. Men discussieert over de spreiding. Ook ik werk in de
federale regering binnen een globaal akkoord, het spreidingsplan dat is het
politieke akkoord , met wijzigingen en één fundamentele wijziging in maart of
april, na het begin van de jurisprudentie. Sindsdien is er, wat het politieke
akkoord betreft, geen enkele twijfel mogelijk. In de federale regering hanteert
men nog altijd dezelfde logica. Ik herhaal dat én in de onderhandelingen én in
de jurisprudentie het principe van de spreiding voortdurend wordt toegepast,
nooit in vraag wordt gesteld.
Wat is de huidige, concrete stand van de onderhandelingen? Wij zijn een akkoord
aan het bewerkstelligen over de manier waarop wij op een objectieve en voor
iedereen aanvaardbare wijze een impactstudie kunnen maken rond het gebruik van
de baan 25L, zodat wij een struikelblok voor een globaal akkoord kunnen
wegnemen, door te objectiveren.
Ondertussen is er inzake dwangsommen niets veranderd.
10.04 Luk Van Biesen (VLD): Ik heb uw antwoord gehoord. Wat de juridische
argumenten betreft, u veronderstelt dat er juridische problemen zouden kunnen
zijn wanneer men terugkeert, aangezien er nooit een juridische uitspraak geweest
is vóór 1999. U hebt geen opsomming gegeven van de juridische arresten.
10.05 Minister Renaat Landuyt: U hebt niet geluisterd.
10.06 Luk Van Biesen (VLD): Ik heb wel geluisterd.
10.07 Minister Renaat Landuyt: Ik vind dat u
correct moet zijn. Ik zal proberen het nog beter uit
te leggen.
De uitspraken op zich spreken elkaar tegen, maar
de redeneringen spreken elkaar niet tegen. Hoe
komt dat? Aan iedere rechtbank wordt voorgelegd,
in het kader van artikel 23, dat men op een
bepaalde plaats woont waar vliegtuigen
overkomen, wat een invloed heeft op de
gezondheid en op de leefomgeving. Dat is
beschermd door de Grondwet. Op iedere
rechtbank weet men dat zulks in de Grondwet
staat, dat er inderdaad vliegtuigen zijn; ze zien
echter niet - en dat is het punt - hoe de beslisser
zijn redenering heeft opgebouwd. Heeft hij wel met
alles rekening gehouden? Wij zeggen dan dat wij
uiteraard met alles rekening hebben gehouden en
leggen vervolgens de elementen voor. Iedere
beslissing was immers een grondige beslissing.
Dat kunnen we allemaal bewijzen. Vervolgens
zegt men dan dat er geen zekerheid is dat we alle
beslissingen in dat dossier op dezelfde wijze
hebben genomen en dat deze beslissing dus
voorlopig wordt verboden. Dat zeggen ze ook ten
opzichte van een persoon die aan een heel
andere kant van de luchthaven woont. Het is
dezelfde redenering, maar met het gevolg dat ze
elkaar tegenspreken omdat dan na een tijdje alles
verboden is, ook wat vroeger bestond. Zomaar
zeggen vanuit de huidige situatie dat we gaan
terugkeren naar de situatie van voor 1999 gaat
niet op. Men moet immers de beslissing nemen
rekening houdend met de huidige situatie van de
persoon die dit aanklaagt. Dat is het punt. Ik weet
dat het juridisch is, maar er zijn hier toch juristen
die dit beter zouden moeten kunnen uitleggen dan
ik. Ik kan de rechtspraak niet veranderen.
10.08 Luk Van Biesen (VLD): Ik wil daarover niet
polemiseren. Ik ben uiteraard geen jurist en ik heb
er geen problemen mee om dat toe te geven.
10.09 Minister Renaat Landuyt: U moet het niet
zo opnemen. Misschien moet u blij zijn dat u geen
jurist bent.
10.10 Luk Van Biesen (VLD): Aan de andere
kant kan ik u wel zeggen dat u geen enkel arrest
of element kunt aanhalen van voor 1999 dat enige
uitspraak zou hebben gedaan over dat historisch
baangebruik. Met andere woorden, u stelt dat er
problemen zouden kunnen zijn met het
spreidingsplan, dat vandaag nog altijd in het
politiek akkoord van de meerderheid staat. U zegt
dat niemand daaraan twijfelt. Welnu, eerlijk
gezegd, steeds meer mensen, ook van de
meerderheidspartijen, beginnen te twijfelen aan de
nuttigheidsgraad van het spreidingsplan dat u
vandaag voorlegt. Ik weet dat blijkbaar de lobby
van de noordrand en anderen in deze
aangelegenheid blijven spelen. Ik wil dat spelletje
overstijgen en duidelijk zeggen dat het getalm dat
wij thans meemaken, wat overigens niet alleen
aan u te wijten is, zeer zwaar op onze regio
Kraainem weegt.
De voorzitter: De oostrand.
10.11 Luk Van Biesen (VLD): Ik ben daar
geboren en getogen.
10.12 Minister Renaat Landuyt: Het siert u dat u
vecht voor uw streek, maar mijn lot is dat ik voor
alle streken moet zorgen.
10.13 Luk Van Biesen (VLD): Wij hebben er
geen enkel probleem mee om terug te gaan, daar
wij altijd al het verkeer van landingsbaan 02
gekregen hebben bij ons. Het gaat er zeker niet
om dat wij minder last willen, wel dat wij eerlijkheid
willen op dat vlak. Wat wij vandaag meemaken is
onaanvaardbaar voor onze regio. Het werkt
verlammend voor onze hele luchthaven. Vorige
week nog had ik een gesprek met de leider van de
kamer van koophandel, omtrent de luchthaven.
Ook daar zegt men dat hoe langer er geen
akkoord is, hoe slechter het is want de
investeerders haken af omwille van het feit dat er
in dit land over dergelijke aangelegenheden geen
akkoorden meer mogelijk zijn.
De voorzitter: Bedankt. Het woord is aan de heer
Laeremans, uit Grimbergen, of was het Beigem?
10.14 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Niet uit
Beigem. Dat is mijn broer.
Ik zal op het laatste inhaken. Het is juist: er moet
een akkoord komen. Zolang die onzekerheid blijft
bestaan, zal een aantal mensen niet investeren en
zal er een aantal onzekerheden blijven, zowel voor
de werknemers als voor de omwonenden. Er zou
dus het beste inderdaad snel een akkoord komen.
Ten eerste, waar zit de zaak geblokkeerd? Zoals
ik het vaststel en ik hoop dat u het ook zo
vaststelt, collega Van Biezen zit het in Brussel
geblokkeerd, waar mevrouw Huytebroeck een
zeer extreme houding aanneemt, die erop
neerkomt dat er bijna niets over Brussel mag
vliegen, of niets méér dan nu het geval is, terwijl
Brussel op dit moment zeer sterk bevoordeeld
wordt. Ik heb moeten vaststellen dat zij enkel een
beetje wordt tegengesproken door de Vlaamse
partijen in Brussel wanneer het gaat over de
dwangsommen. Daarover hebben zij gezegd "dat
zij op dat vlak nu even haar damp moet
inhouden". Maar voor de rest, inhoudelijk, is zij
nooit tegengesproken en hebben de drie Vlaamse
meerderheidspartijen in Brussel VLD, CD&V en
sp.a. op geen enkel moment durven zeggen dat
mevrouw Huytebroeck een egoïstische houding
aanneemt. Zij zijn haar altijd inhoudelijk
bijgetreden. En dat betreur ik ten zeerste.
Het probleem zit in Brussel. Het is Brussel dat niet
een behoorlijk deel van de lasten op zich wil
nemen, en dat niet solidair wil zijn met de rest van
de gemeenten rond de luchthaven. Daar zit de
kern. Uw partijen, collega Van Biezen en mijnheer
de minister, zijn daar in elk geval bij betrokken.
Ten tweede, wat 2008 betreft, vind ik het een
gemakkelijkheidoplossing het zoveel mogelijk
naar dat moment op te schuiven, vooral omdat er
geen enkele zekerheid is dat er dan wel een
akkoord komt. Het aantal vluchten daalt niet
spectaculair. Op dit moment zijn het er in de
praktijk zo'n 23.000. Dan gaan wij naar 18.000.
Dat zijn er 5.000 minder op dat moment, als het
een beetje meezit. Maar het probleem is daarmee
zeker niet van de baan.
De minister zegt nu dat er een studie is waarop
alles gebaseerd is. Ik heb die studie niet gezien. Ik
had die graag ontvangen. Ik hoop, mijnheer de
voorzitter, dat wij geen maanden moeten wachten
als dat via deze commissie gevraagd wordt
om die studie te ontvangen. Ik hoop, mijnheer de
minister, dat u of uw medewerkster kunt noteren
dat ik die studie graag zou hebben.
U knikt neen. Heb ik geen recht op die studie? U
bent aan het telefoneren. Ik zal nog even wachten,
mijnheer de minister.
10.15 Minister Renaat Landuyt: Het is slechts
mijn voicemail.
10.16 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Uw
voicemail interesseert mij niet. Als het uw
voicemail is, is het een kwestie van
verschrikkelijke onbeleefdheid om tijdens een
vraagstelling in het Parlement te luisteren naar de
voicemail van uw antwoordapparaat. Dat heb ik nu
nog nooit geweten.
10.17 Minister Renaat Landuyt: Mijn zoontje belt
om te zeggen dat hij niet zeker is of zijn examen
Latijn heel goed is gegaan. (Gelach)
10.18 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Het zal
dus maar half goed zijn gegaan? Ik neem er in elk
geval mag dat in het verslag, mijnheer de
voorzitter nota van. Het is letterlijk gezegd dus
het moet ook in het verslag. Ik vind het toch wel
nuttig dat dit in het verslag komt.
Mijnheer de minister, ik wil om te beginnen vragen
dat die studie inzake die 18.000 vluchten ter
beschikking wordt gesteld van het Parlement. Dat
zijn geen staatsgeheimen. Daar zou nog eens een
woordje over gezegd kunnen worden of een debat
over gevoerd kunnen worden. Mij heeft het
trouwens altijd vrij arbitrair geleken waarom er
precies 18.000 zouden zijn.
Ik zal u een voorbeeld geven in verband met de
charters. In het verleden is duidelijk gebleken dat
een vrij groot deel van de nachtelijke charters
aankomt tussen 23 uur en 0 uur 's nachts en dat
een vrij groot deel opstijgt tussen 5 uur en 6 uur 's
morgens. Met een beetje goede wil en een beetje
verschuiven, op enkele jaren tijd desnoods, zou
men een aanzienlijk deel van die charters naar de
daguren kunnen verplaatsen. Dan kan men die
18.000 misschien nog een stuk lager krijgen.
Daarom zou ik graag die studie hebben, zodat wij
daar later nog een debat over kunnen hebben.
In ieder geval, uw droom, te zeggen dat in 2008
alles is opgelost omdat wij dan van 23.000 naar
18.000 vluchten gaan, vind ik heel kortzichtig
geredeneerd.
Ik weet dat er tegen 2008 wel iets anders
verwacht kan worden. Ik heb natuurlijk geen
kristallen bol, maar tegen dan zal u wellicht geen
minister van Verkeerswezen en Infrastructuur
meer zijn. Dan is het natuurlijk gemakkelijk om te
zeggen dat het dan aan een ander is om het
probleem op te lossen.
10.19 Minister Renaat Landuyt: Hebt u het niet
door?
10.20 Bart Laeremans (Vlaams Belang):
Waarschijnlijk zijn er heel veel andere eerbare
motieven om te spreken van 2008.
10.21 Minister Renaat Landuyt: U kunt de
garantie hebben dat ik minister blijf, want niemand
wil het dossier. Ik neem het dus mee tot na 2007.
Dan zal men zeker mij nog aanstellen.
10.22 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Tenzij
uw partij niet meer in de regering zit. Dat zou wel
eens kunnen. De sp.a zit 18 jaar in de regering.
Het kan zijn dat de bevolking zegt dat het tijd is
voor een andere partij.
Mevrouw Durant is de geschiedenis ingegaan als
de vrouw die de doos van Pandora heeft
opengezet. De heer Anciaux is de geschiedenis
ingegaan als de man van het spreidingsplan, het
gedeeltelijke spreidingsplan. U kan tot nu toe
alleen de geschiedenis ingaan als de man van het
blussen van de brandjes, van de pompiers. Na elk
probleem herschikt u een beetje en past u wat
aan. U hebt tot nu toe nog steeds niets
fundamenteels kunnen doen.
Als u zo blijft voortdoen en alles voor u blijft
uitschuiven tot 2008, dan zal u niet als een groot
minister in verband met het dossier de
geschiedenis ingaan.
10.23 Minister Renaat Landuyt: Ik begin te
geloven dat u ooit zal zeggen dat ik iets goed
gedaan heb.
10.24 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Tot nu
toe hebben wij nog niet veel goeds van u gezien.
10.25 Minister Renaat Landuyt: U kunt dat
karakterieel niet. Ik heb u nog nooit horen zeggen
dat iets goed was. Ik weet niet hoe u dat doet in
uw fractie. U kan echter niet positief zijn.
10.26 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Over
uw beleid kan ik dat tot nu toe niet, dat is heel
juist.
10.27 Minister Renaat Landuyt: U behoort tot die
harde kern van vroeger, tot de Vlaamse strijders
die elke keer als ze een strijd wonnen zeiden wat
ze niet gewonnen hadden.
10.28 Bart Laeremans (Vlaams Belang):
Mijnheer de minister, bij u heeft nog niemand iets
gewonnen. Bij u is de miserie alleen maar groter
geworden.
De voorzitter: Het was alleszins een merkwaardig
debat tijdens hetwelke wij enerzijds vernamen dat
de zoon van minister problemen had met zijn
examen Latijn en dat de heer Laeremans ons
anderzijds kwam vertellen dat mevrouw
Huytebroeck haar damp moest inhouden, wat toch
ook een vrij merkwaardige manier is om het een
en ander aan te kondigen.
Het incident is gesloten.
Mondelinge vraag in commissie aan dhr. L. Landuyt in verband met de
onderhandelingen met de gewesten over de spreiding van de hinder rond de
luchthaven van Zaventem
9 december 2005
Gelet op de vragen van Mevr. Nagy en dhr. Van Biesen
De minister heeft recent verklaard dat er mogelijk helemaal geen oplossing
komt voor de spreiding van de hinder tot in 2008. Dat wil zeggen dat we
wellicht tot op dat moment geconfronteerd zullen zijn met processen
allerhande. Een immense verspilling aan energie en middelen, terwijl een
redelijke oplossing, gebaseerd op een billijke spreiding van de lasten toch
mogelijk moet zijn.
Graag had ik een antwoord van de minister op volgende vragen:
1. Waarop baseert hij zich om te stellen dat een oplossing uitblijft tot
2008? Wie blokkeert momenteel de totstandkoming van een akkoord en waarom?
2. Wie/welke diensten onderhandelen er momenteel? Waarop slaan deze
onderhandelingen en wat zijn de vorderingen?
3. Hoever staat het met de onderzoeken naar het gebruik van de baan 25L?
Impliceert een regelmatiger gebruik noodzakelijk een verlenging?
4. Heeft Brussel de dreiging van het gebruik van dwangsommen intussen laten
vallen?
5. Waarop is het cijfer van 18.000 gebaseerd? Hoeveel vluchten wil DHL
jaarlijks overhouden na 2008? Zijn er maatschappijen die in de plaats komen?
Zijn er mogelijkheden om een aantal lijnvluchten en charters te verschuiven
naar de daguren? Werd dit onderzocht? Tegen wanneer is dit mogelijk?