IS HET TOEVAL DAT GEMEENTEN DIE IN '77 AAN FACILITEITEN ONTSNAPTEN NU EXTRA VLIEGTUIGHINDER KRIJGEN?

LEZERSBRIEF NAAR DE MORGEN DD 26.8.2003

Geachte redactie,

In een interview in De Morgen van 22 juli j.l. zegt federaal minister Bert Anciaux dat het Egmontpact destijds (in 1977, nvds), door de Vlaamse Beweging is afgeschoten. En dat als men het pact toen wel had gerealiseerd men nu al van de faciliteiten af zou zijn.

Als inwoner van een gemeente (toen nog Strombeek) die toen op de nominatie stond ook faciliteiten te krijgen en dat vooral dank zij de onverzettelijke houding van haar burgemeester, Soens, heeft kunnen afweren, wil ik de redactie erop wijzen dat het voornaamste doel van het Egmontpact was de grote doorbraak voor de Franstaligen in Vlaams-Brabant voor hun faciliteitenpolitiek. Dat streefdoel omvatte veel meer gemeenten dan er uiteindelijk - gelukkig maar - getroffen zijn. Die onbegreidelde uitbreiding was de kern van het pact in kwestie, met daarbij nog een 'inschrijvings- en 'uitschrijvingsrecht' waarin een kat haar jongen niet terugvond en dat dus vervolgens hoogstwaarschijnlijk door iedere Franstalige die dat wenste aan de laars gelapt kon worden wegens ontoepasbaar.

Ik prijs mij nog altijd gelukkig als ik vandaag in Wemmel, Kraainem, Wezembeek -Oppem, Linkebeek, Drogenbos of Sint-Genesius-Rode kom en zie welke ellende het statuut van faciliteitengemeente daar veroorzaakt voor de Vlamingen, dat dit lot Strombeek, Meise en Dilbeek om er maar enkele te noemen bespaard kon blijven.

Dat De Morgen haar lezers daarover niet even in de aanloop naar het Gordelweekend de juiste historische context meegeeft is betreurenswaardig, temeer daar de Franstaligen onverminderd blijven streven naar uitbreiding van de faciliteitengemeenten.

Laten we hopen dat het toeval is dat deze niet-faciliteitengemeente nu wel de niet boven hun gebied horende afgeleide vliegtuighinder moeten verduren die de Franstalige Brusselaars op ondemocratische wijze van zich af willen blijven schuiven.

(Historisch) juiste informatie over dit alles zou zeer op prijs worden gesteld.

 

Hoogachtend

J.O.

Grimbergen