EIEREN OF JOENG

Geachte redactie,

In De Morgen van 11 februari uit uw redacteur Douglas De Coninck in het stukje: 'Twee Kilometer' op pagina 2 zijn ongeloof over de reële hinder die vliegtuigen veroorzaken.

Het lijkt me nutteloos hier een welles-nietes debat te beginnen over de argumenten die hij daarvoor aanhaalt.

Maar van twee dingen één.

Of vliegtuigen veroorzaken - zeker boven een bepaalde frequentie - hinder. Met frequentie bedoel ik hierbij niet het aantal beenmergbeschadigende trillingen dat een overvliegend vliegtuig veroorzaakt, maar wel het aantal malen dat één individu op één bepaalde plaats in 24 uur tijd - dus dag én nacht - overvlogen wordt.

In dat geval is de huidige concentratie boven de Noordrand misdadig. De frequentie waarmee de mensen daar overvlogen worden, wordt op dit moment door tientallen bewoners met bewonderenswaardig volhoudingsvermogen geteld. Geconfronteerd met rare cijfers en berekeningen van de ombudsman, helaas gevoed door twee administraties die beter zouden moeten weten: BIAC en Belgacontrol, doen ze het beter zelf.

Is die hinder reëel, dan dient er binnen de kortst mogelijke tijd niet alleen aan de officiële nachtconcentratie maar ook aan de officieuze dagconcentratie een einde te worden gemaakt door een niet-discriminerende effectieve spreiding.

Dat de officiëuze en bij momenten onverdragelijke spookconcentratie overdag nog altijd niet goed tot de media en de politiek is doorgedrongen, is ongetwijfeld te wijten aan de op zijn minst merkwaardige manier waarop het beleid ook hier geïnformeerd wordt.

De andere mogelijkheid is: de vliegtuigen veroorzaken geen hinder. In dat geval is er niet langer de minste aanleiding om niet terug vliegtuigen boven Brussel en de Oostrand te laten vliegen.

Eieren. Of joeng.

En nu: allemaal kiezen.

J. O. uit Strombeek-Grimbergen